Opmerkelijke graven – Benno Stokvis

Ik kwam niet zo lang geleden weer eens op de Algemene Begraafplaats naast het St.Janskerkhof, tussen Laren en Hilversum. Er liggen bekende figuren begraven zoals Carry van Bruggen en Bert Haanstra. Daar stuitte ik ook op het graf van dr. Benno Stokvis. De tekst op de steen onder zijn naam trok de aandacht: “Beter staande sterven dan geknield leven”.

img_1388img_1388-2

 Deze op 3 januari 1977 overleden Stokvis is gemakkelijk te googelen. Benno Jules , zoals hij volledig heet, is geboren op 23 januari 1901 in Amsterdam. Hij ontwikkelt zich tot letterkundige en advocaat en zit van 1946 tot 1952 namens de CPN in de Tweede Kamer. Als kamerlid is hij justitie-woordvoerder en fractiesecretaris en hij neemt zitting in de parlementaire enquêtecommissie regeringsbeleid 1940-1945. Voor de oorlog is hij verbonden aan diverse letterkundige tijdschriften, hij schrijft een aantal boeken en als advocaat verdedigt hij Henk Sneevliet na de muiterij op  De Zeven Provinciën (1933).  Sneevliet had opgeroepen tot solidariteit met de muitende matrozen en werd op grond daarvan beschuldigd van opruiing. Wat mij vooral (aangenaam) verrast is, dat hij zich al in de jaren 30 ontpopt als voorvechter van de rechten van homo’s. Hij publiceert een boek met 35 levensgeschiedenissen van homoseksuelen. In 1952 breekt hij met de CPN en treedt toe eerst tot de PVDA (1955-1971) en vanaf ’71 tot DS’70. Tussen 1967 en 1975 verzorgt hij de radiorubriek ‘Recht en slecht’. Uit de lijst van zijn publicaties blijkt  hij ook een kenner en liefhebber van paarden te zijn. Uit Wikipedia neem ik die lijst over:

  • Lodewijk van Deyssel. Een samenvattende studie. Amsterdam, [1921].
  • Bibliographie betreffende K. J. L. Alberdingk Thijm. Rotterdam, [1922].
  • Wrange vruchten. Amsterdam, [1924].
  • Nasporingen omtrent Vincent van Gogh in Brabant. Amsterdam, 1926.
  • De moord in de Spuistraat. Baarn, 1926.
  • Rond het misdrijf van frauduleusen invoer. Amsterdam, 1928 (proefschrift).
  • De Rooie. Roman uit het misdadigersleven. Amsterdam, 1928.
  • Homo-sexualiteit en strafrecht. Amsterdam, 1934.
  • Van Deijssel en Kloos doctor honoris causa. Amsterdam, 1935.
  • Contracten, modellen en formulieren voor de praktijk. 7 delen. Lochem, 1936-1951.
  • Een afscheid van dit leven. Lochem, 1936.
  • Een liefde op het midden van den levensweg. Den Haag, 1938.
  • De homosexueelen. 35 autobiographieën. Lichem, [1939].
  • Echtscheiden. 35 huwelijkstragedies. Lochem, [1941].
  • Het paard in de literatuur. Lochem, [1948].
  • Meine Mutter. Amsterdam, [1948].
  • Man en paard. Lochem, 1950.
  • Advocaat in bezettingstijd. Amsterdam, 1968.
  • Lijden zonder klagen : het tragische levenslot van Hubertina van Gogh. Baarn, 1969.
  • Recht en slecht. Radiobeschouwingen. Den Haag, [1971].

Zelf kende Stokvis Joodse voorouders. De familie van zijn moeder kwam uit Wit-Rusland. Tijdens de Bezetting wist hij het voor elkaar te krijgen dat van circa tweehonderd personen hun joodse afstamming uit hun papieren verwijderd werd. Beter gezegd dat hun papieren ‘geariseerd’ werden. Verzoekschriften daartoe met behulp van advocaten bij het bureau van dr. Hans Georg Callmeyer hadden een grotere kans van slagen. Voor zich zelf wist Stokvis dat ook te realiseren. In 1952 werd de Advocatenwet in de Tweede Kamer behandeld. Bij die gelegenheid stelde Stokvis de rol van de balie tijdens de Bezetting aan de kaak. Vooral de raden van toezicht en de dekens nam hij op de korrel vanwege hun passieve houding toen joodse advocaten in 1941 eerst niet-joodse cliënten niet meer mochten bijstaan en later werden weggevoerd. “Hebben zij, wier taak het niet slechts was de leden van de orde te leiden, maar ook hen te beschermen een vinger uitgestoken, toen van deze leden de gerechtigheid vertrapt werd? Neen. In het ure van gevaar hebben zij hun eerste plichten verzaakt”.  Zijn genoemde radiorubriek sloot Stokvis steevast af met de woorden: “En zo staan wij thans aan de vooravond van de totale ondergang van Nederland. Ik wens u smakelijk eten en een prettig weekend”.

Op de steen staat nog de naam van Alida Anna Schilderman. Ik heb niet kunnen achter halen, wie achter deze naam schuil gaat. Zijn echtgenote? Ja en nee. Op 4 maart 2020 krijg ik een mail van Paul Schilderman uit Amstelveen. Hij heeft bovenstaand stuk gelezen en reageert: “Benno Stokvis is een paar keer gehuwd geweest en gescheiden (kinderloos). Na deze huwelijken heeft hij een relatie gekregen met een oudtante van mij: Alida (Lili) Anna Schilderman”. Uit de mail blijkt verder dat Lili apothekersassistente was te Laren en dochter van een oud-kolonel van de vestingartillerie.

 

 

benno_stokvis_1934

Naast Stokvis vinden we het graf van Toon de Jong, die bijna 100 werd en op zijn graf als graficus wordt vermeld, met het motto: ‘zijn leven was werken’, waarbij ik immer denk: was er echt niet meer in zo’n leven?  Ook over hem valt informatie te vinden. Behalve graficus was hij eveneens schilder en tekenaar, met werk in een naturalistisch-impressionistische stijl. Hij vervaardigde meest landschappen en portretten, woonde en werkte in Laren en was daarnaast actief in Zeeland.  Hieronder een ets van een boerderij in Eemnes.

tmp-109f0c2da349951c53e87ea69020b791-toon-de-jong_i300