Om de tijd te dichten – poëzie in corona-dagen – 2

eerder gepost op oudere website april 2020

In deel 1 de vader bij Rogi Wieg. Vaderschap is leiderschap en omgekeerd. Rutte – zelf geen vader – lijkt steeds meer te groeien in vaderschap over ons land. Ik sla Verzamelde Gedichten van Ida Gerhardt open, opnieuw ‘at random’, willekeurig en ziehier:

In memoriam patris

Mijn vader heeft de waterlaarzen aan.
Wij samen zijn de Lekdijk afgekomen.
Ik ben voor mijn verjaardag meegenomen:
hij moest vandaag bij het gemaal langs gaan.

Gemaal: dat is je vader horen noemen
die vreemde woorden van een andere taal
als hij de waterstand leest van de schaal;
te ademen in het onbenoembaar zoemen
dat gonzend omgaande aanwezig is.
En, niets te zeggen als hij bezig is:

‘Dat is een man, daar kun je staat op maken’.
Als op de zaken orde is gesteld
doen wij op huis aan. Een lucht van geweld:
Gorcum ligt al door wolken overvraagd.
Geen noodweer en geen wereld kan mij raken
als hij, het laatste stuk, mij op de schouders draagt.

PS. Dat van Rutte was de indruk die ik had na die persoonlijke Den Uijl achtige toespraak voor het volk.