Bach en 1721

In 1719 verbleef Bach  voor een dag of tien in Berlijn vanwege de aanschaf van een klavecimbel. In die tijd had hij ook een ontmoeting met Christian Ludwig, markgraaf van Brandenburg, zoon van keurvorst Friedrich Wilhelm I uit zijn tweede huwelijk. Zijn eerste echtgenote was Louise Henriëtte van Nassau, dochter van Frederik Hendrik en Amalia van Solms. De oudste zoon uit dat huwelijk werd zijn opvolger en werd de eerste koning van Pruisen in 1701. Hij is de grootvader van de latere Frederik de Grote, die in 1712 geboren wordt.  Grootvader laat de navelstreng van zijn kleinkind verwerken in een medaillon. Hij overlijdt in 1713 en wordt opgevolgd door zijn zoon Friedrich Wilhelm II, die meer van soldaten dan van kunst hield. In 1717 ruilde hij bijvoorbeeld met vorst August de Sterke, die in Dresden zetelde 151 stuks Chinees porselein tegen een regiment van 600 soldaten. Hij ontslaat de hofmuzikanten, maar laat zijn halfbroer Christian Ludwig een klein ensemble houden. Welnu twee jaar na de ontmoeting met deze Brandenburger markgraaf draag Bach zijn ‘Six Concerts avec plusieurs instruments’ aan hem op. Ze zullen tot op de dag van vandaag bekend zijn als Brandenburgse Concerten (BWV 1046-1051).  

Een maand eerder – op 22 februari – overleed Sebastians oudste broer Johann Christoph op 46 jarige leeftijd in Ohrdruf.   Aan het eind van 1721 vinden er twee belangrijke huwelijken plaats. Op 11 december trouwt zijn baas vorst Leopold met prinses Henrietta von Anhalt- Berneburg. Haar komst aan het hof zou van invloed zijn op Bachs verdere loopbaan. Zelf treedt hij een week eerder  op 3 december in het huwelijk met Anna Magdalena Wilcke. Zij was een jonge en voortreffelijke sopraan die in een vrij hoge rang door het hof van Köthen was aangetrokken, waarschijnlijk door Bach zelf. Ofschoon onbekend is hoe hij haar heeft leren kennen. In elk geval werd ze in juni van het jaar benoemd en op  22 september werd ze twintig jaar. Ze stamde uit een muzikale familie. Haar vader was hoftrompettist in Weissenfels. Drie van zijn dochters waren getrouwd met hoftrompettisten. Anna Magdalena was nog vrijgezel. Met haar zus Christina had ze een zangopleiding genoten. Toen ze ten huwelijk werd gevraagd door Sebastian hoefde ze haar eigen carrière niet op te geven. Integendeel Bach stimuleerde haar in haar ambities. Geholpen door het feit dat Sebastians schoonzuster Friedelena Bach het huishouden bestierde, geholpen door de meid Anna Elisabeth.

Op 9 april verwoest een aardbeving de Perzische stad Tauris oftewel Tabriz in het noordoosten. Stad met heden ten dage de grootste bazaar van het land, geplaatst op werelderfgoedlijst.

Op 3 juli verwerft Denemarken Groenland, terwijl later in het jaar Zweden al zijn bezittingen in Duitsland verliest en ophoudt een grote mogendheid te zijn. Het is de uitkomst van het verdrag dat in Nystad getekend wordt. Daarmee komt een einde aan de oorlog tussen Zweden en Rusland. Laatstgenoemd land krijgt er Lijfland (latere Letland), Estland, Ingermanland en het Karelisch gebied rond Vyborg bij. Rusland werd hiermee een Europese grootmacht. 

In 1721 ontdekt Jacob Roggeveen Samoa en wordt in Akkrum Adam de Boer geboren, die zich ontpoppen zou als een legendarische schaatser. Hij boerde in Deersum, waar een paar eeuwen later Ids Postma geboren zou worden: ook schaatser en ook boer. Van Adam bestaan nog immer beroemde verhalen met legendarisch karakter. Zo zou hij eens over een wak van 22 meter gesprongen hebben. Een tijdgenoot heeft hem in elk geval zeker 10 , 12 meter zien spreken en dat geboekstaafd.

Op 24 april wordt in Saalfeld Johann Philipp Kirnberger geboren, later een leerling van Bach. Hij publiceerde al Bachs koralen en bekwaamde zich in muziektheorie: Die Kunst des reinen Satzes in der Musik. 

Op 1 april wordt in Rotterdam Pieter Hellendaal geboren, die op z’n tiende al organist was van de Nicolaikerk in Utrecht, waar een orgel stond uit de 15e eeuw, de oudste van ons land. Tijdens de studietijd in Leiden bespeelt hij het orgel van de Marekerk. Hij treedt ook regelmatig op voor stadhouder Willem IV. Rond z’n dertigste vertrekt hij naar Engeland, waar hij uiteindelijk in Cambridge werkzaam is als leraar en organist. Hij sterft er in 1799.