SLINGEREND DOOR SLOPPEN EN HOFJES IN UTRECHT

WANDELARTIKEL ND

Waar lopen we vandaag?

Na eerder twaalf wandelingen te hebben ondernomen buiten de singels van Utrecht, ben ik met vaste en gezworen wandelmaten inmiddels begonnen aan een zestal wandelingen binnen de singels van de Domstad.
Vandaag slingeren we door het zuidwestelijke deel van de binnenstad, voornamelijk tussen Oudegracht en Catherijnesingel. Oorspronkelijk een gebied van kloosters en gasthuizen, ontwikkelde het zich rond de Springweg tot een gebied van kleine neringdoenden en later ook arbeiders.

Wat is er te zien?

Zeven jaar heb ik in de oudste stad in de Noordelijke Nederlanden gewoond en gestudeerd. En ben er niet te tellen keren geweest: op bezoek, toeristisch of voor concert, kerk of museum. Maar het gedetailleerde aanschouwen en beleven van de stad waartoe de wandelingen je aangenaam dwingen levert steeds weer nieuwe verrassingen. ‘Het oog wil ook wat’, luidt het gezegde. Welnu, het oog krijgt ook op deze wandeling heel veel. Het begint al aan het begin, in het Moreelsepark, waar de kantoren van de NS en Pro Rail majestueus te pronken staan. De singel over belanden we in de intieme Mariahoek met z’n schuilkerk, begijnenhuisjes, waaronder het witte ’t Klopje, zoals een begijn genoemd werd, omdat ze met kloppen op de deur aangaf dat een clandestiene mis op het punt van beginnen stond. Wat ziekenhuis was is nu conservatorium. Op de Mariaplaats een oude stadspomp. In de Boterstraat een beeld van de heilige St.Eloy als stille getuige van het 13e eeuwse gasthuis voor het smedengilde waarvan hij schutspatroon was. De Lijnmarkt verrukt met jugendstilpand De Witte Ballons en het 18e eeuwse Magazijn De Vlijt. En dan slingeren we vervolgens van Oudegracht naar Springweg en vica versa. Met het Regulierenklooster dat Elisabethgasthuis werd en nog weer later onderkomen voor het NS trein- trampersoneel en de fraai gedecoreerde poort van het voormalig Burgerweeshuis om aandachtig en bewonderend bij stil te staan. Een snoer van witte 19e eeuwse arbeidershuisjes in de Tuinstraat brengt ons bij de Lange Smeestraat en langs het Bartholomeusgasthuis. In de 13e eeuw al een plek voor pelgrims, zwervers en zieken en nu nog steeds een onderkomen voor ouderen. Willem Barnard bracht er de laatste jaren van zijn leven door.

In de buurt van de Geertekerk dwalen we door een 19e eeuwse volksbuurt – de Zeven Steegjes in de volksmond – waar plek was voor arme katholieke gezinnen op het terrein van een voormalige bierbrouwerij. Over het Pelmolenplantsoen langs de 16e eeuwse bastion Sterrenburg richten onze schreden zich buiten het oorspronkelijke singelgebied voor een ommetje naar Kromme Rijn, Vaartse Rijn en een oude stadsboerderij. Dan weer terug via de Oudegracht en de Springweg met het voorname hotel-restaurant Karel V, oorspronkelijk een klooster en hospitaal van de Duitse Ridderorde. We steken door naar het Willemsplantsoen aan de singel, waar de Oud-Katholieke St. Gertrudiskathedraal zich verheft. Daar bevindt zich ook de al genoemde schuilkerk, de 17e eeuwse Gertrudiskapel, volgens kenners de mooiste schuilkerk van ons land. Corona verhindert helaas een persoonlijke proef op de som.

Is er iets christelijks te zien?

Behalve restanten van kloosters en gasthuizen en de al genoemde kathedraal en schuilkerk is er natuurlijk de Geertekerk, onderkomen van de Remonstrantse gemeente en fameus vanwege de weldadige akoestiek. Een eldorado voor bijvoorbeeld Bach-cantates. Het wachten is op betere tijden om dat genoegen te smaken.

Is er een aardig cafeetje?

Deze vraag is uiteraard de intrap van een kolossale open deur. Te kust en te keur om de inwendige mens te verwennen en de benen te strekken. Alleen al café en terras van het Ledig Erf verdient een heerlijk uitzakken. Helaas doet het zijn naam wel erg veel eer aan heden ten dage.

Is de wandeling aangegeven?

De wandeling is er één uit het boekje ‘Wandelen binnen de singels van Utrecht’ van Kees Volkers, uitgegeven door Gegarandeerd Onregelmatig. De route is goed beschreven, met behoorlijke informatie en goede foto’s. En elke wandeling wordt voorafgegaan door een historische verhandeling.