Als het om de liefde gaat…

Een paar geleden geleden had ik op aanraden van een vriend in Rome een ontmoeting met de al om bekende priester Antoine Bodar. Hij ontving me in de Santa Maria dell Anima, een oorspronkelijk voor Nederlanders en Duitsers gebouwde pelgrimskerk niet ver van de Piazza Navona. Bodar is er als priester aan verbonden, in de kerk ligt de enige Nederlandse paus Adrianus VI begraven. We zaten tegenover elkaar in een soort biechtopstelling: hij achter een scherm en ik open en bloot zichtbaar voor andere kerkbezoekers. Zo zag ik bijvoorbeeld dat een goed arisch ogende jongeman niet ver van ons aan het drentelen was: heel zijn houding en bewegen maakte duidelijk dat hij Bodar spreken wilde. Ik maakte hem daar op attent, Bodar loerde even voorbij het scherm en zei dat de goed ogende jongeman wel even wachten kon. Ons gesprek was van zijn kant afstandelijk, ik voelde me ongemakkelijk, maar wat wil je ook met en in zo’n setting. Opmerkelijk was Bodars uitspraak dat het voordeel van het katholicisme is dat je er carrière kunt maken. Zou hij zelf nog hopen op z’n minst een kardinaalstitel of zelfs een pausschap? Voor het laatste lijkt: hoe ouder hoe beter en Bodar is in dat opzicht nog relatief jong. We spraken ook over homoseksualiteit . Bodar heeft een periode gekend waarin hij er meer dan pap van lustte, inclusief een relatie. Hij heeft er afstand van gedaan en illustreerde dat met de overhandiging van een boekje dat hij had geschreven, getiteld : Ongeordende liefde. Met de overhandiging van dat boekje eindigde ook ons gesprek , ik waagde me weer regenachtig Rome in en hij zal zich wel ontfermd hebben over de blonde Adonis, die nog steeds stond te drentelen. Thuis heb ik het boekje gelezen en begreep dat ongeordend betekent: tegen de scheppingsorde van God zelf in. Homosexueel leven is een zonde. Dat je het bent is een bewust door de lieve Heer aangereikt kruis dat je hebt te dragen, zo als een ander een gehandicapt kind krijgt of dat je zelf met een handicap geboren wordt. Je mag het wel zijn, maar niet doen. Toen ik zelf eindelijk uit de kast kwam was juist de bevrijding dat ik het niet alleen mocht zijn, maar ook mocht vieren in daadwerkelijke liefde, inclusief het lijfelijk genot. het vergelijken met een handicap of kruis is in mijn ogen belachelijk vernederend. Hoe kun je zelf opdelen? Het is nog gevaarlijk ook: verdrongen libido, gedachten, gevoelens, verlangens zoekt een uitweg die slachtoffers maken kan. De net verschenen roman van Jeroen Brouwers, Het hout, gaat daarover en ik hoef de naam Deetman maar te noemen en iedereen weet wat bedoeld wordt. Met de komst van paus Franciscus lijkt er een kentering te komen in de opvatting van de RK kerk, van het Vaticaan. Onlangs kwam de Belgische bisschop Bonny al naar buiten met een krachtig statement, waarin homo’s met de levensvorm die ze kiezen juist in de kerk welkom zijn. In Rome vergaderen de bisschoppen over een nota van de Hongaarse bisschop Erdö, die niet zo ver gaat als de Belgische prelaat, maar toch de deuren al wat wijder openzet. Dat kan een begin zijn van uiteindelijk totale erkenning, tot en met misschien wel het homo-huwelijk aan toe. Ik weet van een priester die  een relatie met een man heeft, maar daar geheimzinnig over moet doen, omdat uitzetting uit zijn ambt dreigt. Ik vind dat triest.  Ik ben blij dat onze kerk al vroeg- eerder zelfs dan de overheid – de liefde tussen twee mannen of twee vrouwen heeft erkend en dat daardoor een inzegening van een huwelijk mogelijk is. Ik hoop voor al diegenen die zich nog verbonden weten met de RK kerk, maar meer nog ook met hun eigen identiteit de ruimte gaan krijgen om volwaardig en vrij lid te zijn. Als het om de liefde gaat, gaat volgens mij de Eeuwige ons voorop en wie zijn wij dan om mensen in het vieren er van tegen te houden?